|
(Ga met de muis op een groene naam staan, dan ziet u de betekenis. Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst. Klik op "Commentaar" en u krijgt een stukje tekst dat slaat op dit vers)
1 Toen het nu vroeg in de morgen werd, hielden al de hogepriesters en de oudsten van het volk een beraadslaging tegen °, om Hem ter dood te kunnen brengen*.
-
[Commentaar]
2 En Hem bindend*, leidden zij Hem weg en leverden* zij Hem over aan , de gouverneur.
3 Dan nam , die Hem overleverde, waar dat Hij veroordeeld werd. Spijt hebbend keert* hij de dertig zilverstukken af aan de hogepriesters en de oudsten,
[Commentaar]
4 zeggend: "Ik zondigde, onschuldig bloed overleverend." Maar zij zeiden: "Wat gaat dat ons aan dat jij het zou zien?"
5 En de zilverstukken tot in de tempel gooiend*, trekt* hij zich terug. En wegkomend verhangt* hij zich.
[Commentaar]
6 De hogepriesters nu, de zilverstukken nemend, zeiden: "Het is niet geoorloofd ze tot in de korbankist te werpen, omdat het de prijs van bloed is."
7 En beraadslaging nemend, kopen zij hen het veld van de pottenbakker, tot een begraafplaats voor de vreemdelingen.
8 Daarom werd dat °veld tot op vandaag veld van bloed genoemd.
9 Op dat moment werd vervuld het door . de profeet, uitgesprokene, zeggend: "En zij namen de dertig zilverstukken, de waarde van de op waarde geschat zijnde, Die zij op waarde schatten* vanaf de zonen van .
[Commentaar]
10 En zij geven* ze tot in het veld van de pottenbakker, in overeenstemming met wat de Heer met mij afspreekt*."
11 ° nu stond vlak voor de gouverneur. En de gouverneur stelt* Hem een vraag, zeggend: "Jij bent de koning van de Joden?" ° nu zei met nadruk tot hem: "U zegt het."
[Commentaar]
12 En bij Zijn door de hogepriesters en oudsten beschuldigd worden antwoordt* Hij niets.
13 Dan zegt ° tot Hem: "Hoor jij niet hoeveel zij tegen jou getuigen?"
14 En Hij antwoordde hem niet, ook niet met één uitspraak, zodat de gouverneur zich heel erg verwonderde.
15 Overeenkomstig het feest had de gouverneur de gewoonte één gevangene aan de schare vrij te laten, wie zij maar wilden.
[Commentaar]
16 Zij nu hadden op dat moment een beruchte gevangene, genaamd .
17 Toen zij dan verzameld waren zei ° tot hen: "Wie willen jullie dat ik aan jullie zou vrijlaten, ° of °, die ° wordt genoemd?"
[Commentaar]
18 Want hij had waargenomen dat zij Hem overleveren vanwege afgunst.
19 Terwijl hij op de bèma1) zit, vaardigt* zijn °vrouw naar hem af, zeggend: "Laat er niets tussen jou en die °rechtvaardige zijn, want ik leed vandaag veel vanwege Hem overeenkomstig een droomtoestand."
[Commentaar]
20 De hogepriesters en de oudsten nu overreden* de scharen opdat zij ° zouden verzoeken, maar dat zij ° zouden ombrengen.
[Commentaar]
[Commentaar]
21 Antwoordend nu zei de gouverneur tot hen: "Wie van de twee willen jullie dat ik aan jullie zou vrijlaten?" Zij nu zeiden: "°!"
22 ° zegt tot hen: "Wat zal ik dan met doen, die ° genoemd wordt?" Zij allen zeggen: "Laat Hem gekruisigd worden!"
23 Maar de gouverneur zei met nadruk: "Welk kwaad deed* Hij?" Maar zij schreeuwden op bovenmatige wijze, zeggend: "Laat Hem gekruisigd worden!"
[Commentaar]
24 ° nu, waarnemend dat het niets baat, maar er veeleer rumoer ontstond, wast*, water nemend, de handen schoon tegenover de schare, zeggend: "Ik ben onschuldig het bloed van deze °rechtvaardige. Jullie zullen het zien."
[Commentaar]
25 En antwoordend zei al het volk: "Zijn °bloed kome op ons en op onze °kinderen!"
[Commentaar]
[Commentaar]
26 Dan laat hij aan hen ° vrij, maar ° levert* hij over, Hem met een zweep slaande*, opdat Hij gekruisigd zal worden.
[Commentaar]
27 De soldaten dan van de gouverneur, °Jezus meenemend tot in het hoofdkwartier2), verzamelden heel de legerafdeling bij Hem.
[Commentaar]
28 En Hem uitkledend* doen* zij Hem een scharlakenrode mantel om,
29 en vlechten een lauwerkrans vanuit dorens. Zij plaatsen* die op Zijn °hoofd en een rietstok in Zijn °rechterhand. En vlak voor Hem de knieën vallend*, bespotten* zij Hem, zeggend: "Verheug je, °koning van de Joden!"
[Commentaar]
30 En op Hem bespuwend* namen zij de rietstok en zij sloegen Hem op Zijn °hoofd.
[Commentaar]
31 En wanneer zij Hem bespotten*, trekken* zij Hem de mantel uit en zij trekken* Hem Zijn °bovenkleding aan en zij leiden Hem weg tot in het kruisigen.
[Commentaar]
32 En uitgaande vonden zij een mens, een , genaamd . Deze verplichten* zij Zijn °kruis op te pakken.
[Commentaar]
33 En komend tot in de plaats genaamd , die genoemd wordt Plaats van Schedel,
[Commentaar]
34 geven* zij Hem wijn te drinken, vermengd met gal. En proevend* wil* Hij niet drinken.
[Commentaar]
35 En Hem kruisigend*, verdelen* zij Zijn °bovenkleding, het lot werpend,
[Commentaar]
36 en zittend bewaarden zij Hem daar.
37 En zij plaatsen boven Zijn °hoofd Zijn °reden, geschreven zijnde: "Deze is , de koning van de Joden."
38 Dan worden samen met Hem twee rovers gekruisigd, één de rechterkant en één de linkerkant.
[Commentaar]
39 En die voorbij gaan lasterden Hem, hun °hoofden bewegend
[Commentaar]
[Commentaar]
40 en zeggend: "Die de tempel sloopt en in drie dagen bouwt, red jezelf indien jij de Zoon van ° bent en daal af vanaf het kruis!"
-
[Commentaar]
41 Zo ook zeiden de hogepriesters met de schriftgeleerden en de oudsten, bespottend:
42 "Anderen redt* hij, maar zichzelf kan hij niet redden*! Indien hij koning van is, laat hem nu vanaf het kruis afdalen en wij zullen in hem geloven!
43 Heeft hij vertrouwen in °? Laat Hij hem nu uitredden, indien Hij wil, want hij zei: 'Ik ben s Zoon.'"
-
44 Hetzelfde nu smaadden Hem ook de rovers, die samen met Hem meegekruisigd worden.
[Commentaar]
45 En vanaf het zesde uur werd het donker over heel het land, tot het negende uur.
[Commentaar]
46 En rond het negende uur roept* ° luid om hulp, met grote stem zeggend: ", , lema sabachthani?" Dat is: "Mijn , Mijn , waartoe liet U Mij in de steek?"
[Commentaar]
47 En sommigen van hen die daar stonden en het hoorden*, zeiden: "Deze ontbiedt ."
48 En onmiddellijk loopt één vanuit hen weg en neemt een spons, die vullend* met zure wijn. En die op een rietstok plaatsend, gaf hij Hem te drinken.
[Commentaar]
49 Maar de overigen zeiden: "Laat gaan! Wij zullen waarnemen of komt om hem te redden!" Een ander echter, een lanspunt nemend, priemt Hem in de zijde en er kwam water en bloed uit.
50 En ° nu, opnieuw schreeuwend* met grote stem, laat de geest gaan.
[Commentaar]
51 En neem waar, het gordijn van de tempel wordt in tweeën gespleten*, vanaf boven naar beneden, tot in twee delen, en de aarde beeft* en de rotsen worden gespleten*.
[Commentaar]
52 En de grafgewelven werden geopend en vele lichamen van te rusten gelegde heiligen kwamen overeind,
53 en vanuit de grafgewelven komend na Zijn °opwekking, kwamen binnen tot in de heilige stad en zij worden aan velen kenbaar gemaakt*.
54 En de hoofdman over honderd en die met hem ° bewaren, nemen de aardbeving en wat gebeurde waar. Zij werden enorm bevreesd, zeggend: "Waarlijk, deze was Zoon van !"
[Commentaar]
[Commentaar]
55 En er waren daar ook vele vrouwen, vanaf veraf aanschouwend, die ° volgen* vanaf °, Hem bedienend.
[Commentaar]
56 Onder hen was , de °, en , de moeder van ° en van , en de moeder van de zonen van .
[Commentaar]
57 En toen het avond werd, kwam een rijk mens vanaf , genaamd , die ook zelf leerling van ° is*.
[Commentaar]
58 Deze, tot ° komend, verzoekt* het lichaam van °. Dan beveelt* ° het af te geven*.
59 En het lichaam nemend, wikkelt* ° het in een reine linnen wikkeldoek,
60 en hij plaatst* het in zijn nieuwe °grafgewelf, dat hij uithouwde* in de rots. En een grote steen wentelend tegen de deur van het grafgewelf, ging hij weg.
61 En daar was , de °, en de andere , zittend tegenover het graf.
62 En in de volgende morgen, die is na de voorbereiding, werden de hogepriesters en de Farizeeën verzameld bij ,
[Commentaar]
63 zeggend: "Heer, wij werden er aan herinnerd* dat diegene die doet dwalen, nog levend, zei: 'Na drie dagen zal Ik gewekt worden.'
[Commentaar]
64 Beveel dan dat het graf verzekerd* wordt tot de derde dag, opdat, komend, zijn °leerlingen hem niet zouden stelen en zij tot het volk zullen zeggen: 'Hij werd gewekt vanaf de doden.' En de laatste dwaling zal erger zijn dan de eerste."
[Commentaar]
65 ° nu zei met nadruk tot hen: "Jullie hebben een wachtpost! Gaat dan heen, verzekert het zoals jullie hebben waargenomen."
66 En zij, gegaan zijnde, verzekeren* het graf, de steen verzegelend* met de wachtpost.
[Commentaar]
1) Bèma - rechterspodium
Terug naar de index.
Naar Mattheüs 28
|
|