Dit is een eigen SchriftWoord vertaling van
Het derde boek van de Psalmen
Psalm 83

   
(Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst,
of op een groene naam, dan ziet u de betekenis)


1 Een lied. Een psalm van AsafAsaf = (Jah) voegt toe, of: verzamelt.
Elohim, het moet niet zo zijn dat U stil bent en het moet niet zo zijn dat U Uzelf stil houdt. En het moet niet zo zijn dat U rustig bent, El.
2 Want aanschouw!, Uw vijanden maken rumoer en Uw haters heffen hun hoofd op.
3 Tegen Uw volk maken zij sluw overleg en zij beraadslagen tegen Uw afgezonderden.
4 Zij zeggen: "Gaat, dan zullen wij hen onderdrukken als natie. Dan zal de naam van IsraëlIsraël = strijder van God niet meer herinnerd worden."
5 Want zij beraadslagen tezamen in het hart. Tegen U snijden zij een verbond,
6 de tenten van EdomEdom = rood en de JismaëlJismaël = God hoortieten, MoabMoab = (afstammend) van de vader en de HagarHagar = vluchtieten,
7 GebalGebal = heuvel en AmmonAmmon = van een stam en AmalekAmalek = valleibewoner, FilisteaFilistea = land van gasten of land van tijdelijke bewoners met inwoners van TyrusTyrus = (grieks uit hebreeuws) rots.
8 Zelfs AssurAssur = een stap verbond zich met hen; zij zijn een arm voor de zonen van LotLot = sluier of bedekking. SelaSela (Hebreeuws) is een vaak terugkerend woordje in de Bijbelse psalmen. Het wordt beschouwd als markering van een rustpunt voor de zang, bijvoorbeeld aan het einde van een strofe..
9 Doe hen als MidjanMidjan = twist, als SiseraSisera = slagorde, als JabinJabin = verstandig in de wadi van KisonKison = bochten.
10 Zij werden uitgeroeid in EndorEndor = bron van Dor, zij werden mest voor de grond.
11 Hun leiders, maak ze als OrebOreb = raaf en als ZeëbZeëb = wolf en als ZebachZebach = (geboren op de dag van het) offer en als SalmunnaSalmunna = verstoken van bescherming, al hun oppermachtigen, En zij nemen twee van de hoofden van Midian gevangen: Oreb en Zeëb. En zij doden Oreb bij de rots van Oreb. En Zeëb doodden zij in het wijnvat van Zeëb. En zij achtervolgen Midian. En de hoofden van Oreb en Zeëb brachten zij naar Gideon van over de Jordaan (SW) [Richt. 7:25] En Zebah en Zalmunna vluchten; en hij achtervolgt hen en hij grijpt de twee koningen van Midian, Zebah en Zalmunna, en heel het kamp deed hij beven. (SW) [Richt. 8:12]
12 die zeiden: "Wij zullen de oases van Elohim voor onszelf pachten."
13 Mijn Elohim, stel hen als de werveldistel, als stro voor het aangezicht van wind.
14 Als vuur dat het woud verteert en als een vuurgloed die bergen in lichterlaaie zet.
15 Zo zal U hen achtervolgen met Uw hevige storm en met Uw wegvagende wervelwind zal U hen geagiteerd maken.
16 Vul hun aangezichten met oneer, dan zullen zij Uw Naam zoeken, JAHWEH.
17 Zij zullen beschaamd staan en zij zullen geagiteerd worden tot aan de toekomst, en zij zullen te schande gemaakt worden en zij zullen vergaan.
18 En zij zullen weten dat U, Uw Naam, JAHWEH, alleen de Uwe, de Allerhoogste bent over heel de aarde.

Terug naar de indexpagina
Naar Psalm 84
   


© www.schriftwoord.nl
U mag deze tekst voor eigen gebruik en studie-doeleinde zonder toestemming vermenigvuldigen.
Citeren van deze tekst mag alleen met bronvermelding.
Vermenigvuldiging voor commercieel gebruik alleen met toestemming van de uitgever.