Dit is een eigen SchriftWoord vertaling van
Deuteronomium
Hoofdstuk 30

   
(Ga met de muis op een naam of tekstverwijzing staan, dan ziet u de betekenis of tekst)

1 "En het gebeurt dat al deze dingen over jou komen, de zegen en de vloekuitspreking die Ik voor jouw aangezicht geef, en jij denkt terug in jouw hart in al de naties waarheen JAHWEH, jouw Elohim, jou verdreef.
2 En jij keert terug naar JAHWEH, jouw Elohim, en jij luistert naar Zijn stem, naar alles wat ik jou vandaag als instructie geef, jij en jouw zonen, met heel jouw hart en met heel jouw ziel.
3 En JAHWEH, jouw Elohim, keert jouw krijgsgevangenschap om, en Hij heeft mededogen met jou. En Hij keert terug en Hij roept jou bijeen uit alle volken waarheen JAHWEH, jouw Elohim, jou verstrooide.
4 Indien het zo is dat jij verdreven werd tot het einde van de hemelen, vanaf daar zal JAHWEH, jouw Elohim, jou bijeenroepen en van daar zal Hij jou nemen.
5 En JAHWEH, jouw Elohim, brengt jou naar het land dat jouw vaders pachtten, en jij pacht het. En Hij doet voor jou het goede en Hij vermeerdert jou boven jouw vaders.
6 En JAHWEH, jouw Elohim, besnijdt jouw hart en het hart van jouw zaad, om JAHWEH, jouw Elohim, lief te hebben met heel jouw hart en met heel jouw ziel, omwille van jouw leven. maar °dat wat verborgen is maakt de Jood, en besnijdenis is van het hart, in geest, niet in de letter, wiens °lof niet is van mensen, maar van °God. (SW)[Rom. 2.29]
7 En JAHWEH, jouw Elohim, brengt al deze verwensingen over jouw vijanden en over jouw haters die jou achtervolgen.
8 En jij, jij zal terugkeren en jij luistert naar de stem van JAHWEH, en jij doet al Zijn instructies die ik jou vandaag als instructie geef.
9 En JAHWEH, jouw Elohim, geeft overschot in elke daad van jouw hand, in de vrucht van jouw buik en in de vrucht van jouw beest en in de vrucht van jouw grond, ten goede. Want JAHWEH zal terugkeren om ten goede opgetogen te zijn over jou, zoals Hij opgetogen was over jouw vaders,
10 wanneer jij luistert naar de stem van JAHWEH, jouw Elohim, om Zijn instructies en Zijn statuten in acht te nemen die geschreven zijn in de boekrol van deze wet, wanneer jij terugkeert naar JAHWEH, jouw Elohim, met heel jouw hart en met heel jouw ziel.
11 Want deze instructie, die ik jou vandaag als instructie geef, is niet te wonderbaarlijk voor jou of te ver weg.
12 Het is niet in de hemelen, zeggend: Wie zal voor ons opgaan naar de hemelen en het voor ons nemen en het ons aankondigen, zodat wij het zullen doen? 6 Maar de gerechtigheid uit geloof zegt dit: in je hart zul je niet zeggen: Wie zal opklimmen in de hemel, dat wil zeggen: om Christus te doen afdalen*,
7 of wie zal nederdalen in de afgrond, dat wil zeggen: om Christus uit de doden te doen opkomen?
8 Wat wil dit zeggen? Dicht bij u is het Woord, in uw °mond en in uw °hart; dit is het Woord van het geloof dat wij verkondingen (SW)
[Rom. 10:6-8)]

13 En het is niet aan de overkant van de zee, zeggend: Wie zal voor ons tot de overkant van de zee oversteken en het voor ons nemen en het aan ons aankondigen en wij het zullen doen?
14 Want voor jou is het woord uitermate dichtbij, in jouw mond en in jouw hart, om het te doen.
15 Zie! Ik geef vandaag voor jouw aangezicht het levenmv en het goede en de dood en het kwade.
16 Wanneer ik jou vandaag instructie geef om JAHWEH, jouw Elohim, lief te hebben, in Zijn wegen te gaan en Zijn instructies en Zijn statuten en Zijn verordeningen in acht te nemen, dan leef je en vermeerder je en zegent JAHWEH, jouw Elohim, jou in het land dat jij binnenkomt om het te pachten.
17 En indien jouw hart zich omwendt en jij niet luistert en jij aangedreven wordt en jij jezelf neerbuigt voor andere elohim en jij hen dient,
18 vertel Ik jullie vandaag dat jullie zullen omkomen, ja omkomen en jullie je dagen niet verlengen op de grond waar jullie de JordaanJordaan = de afdalende oversteken om daar binnen te komen en het te pachten.
19 Vandaag roep ik tegen jullie de hemelen en het land als getuigen: het levenmv en de dood gaf Ik voor jouw aangezicht, de zegen en de vloekuitspreking. Kies jij het levenmv, opdat jij zal leven, jij en jouw zaad,
20 JAHWEH, jouw Elohim, liefhebbend, luisterend naar Zijn stem en aan Hem aanklevend (want Hij is jouw levenmv en de lengte van jouw dagen), wonend op de grond die JAHWEH zwoer aan jouw vaders, aan AbrahamAbraham = vader van een menigte of aanvoerder van een menigte, aan IsaäkIsaäk = lachen en aan JakobJakob = hielenlichter, het aan hen te geven." En JAHWEH verschijnt aan Abram en Hij zegt: Aan jouw zaad zal Ik dit land geven. En hij bouwt daar een altaar voor JAHWEH, Die aan hem verscheen (SW)[Gen. 12:7] Wees bijwoner in dit land en Ik zal met jou zijn en Ik zal jou zegenen. Want aan jou en al jouw zaad zal Ik al deze landen geven. En Ik voer de eed uit die Ik aan jou vader heb gezworen. (SW)[Gen. 26:3] En zie! JAHWEH staat er op en Hij zegt: Ik ben JAHWEH, Elohim van Abraham, jouw vader, en Elohim van Isaäk. Het land waarop jij ligt, Ik zal het aan jou en aan jouw zaad geven. (SW)[Gen. 28:13]



Terug naar de indexpagina
Naar Deuteronomium 31
   


© www.schriftwoord.nl
U mag deze tekst voor eigen gebruik en studie-doeleinden zonder toestemming vermenigvuldigen.
Citeren van deze tekst mag alleen met bronvermelding.
Vermenigvuldiging voor commercieel gebruik alleen met toestemming van de uitgever.