| |
(Ga met de muis op een groene naam staan, dan ziet u de betekenis.
Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst.
Klik op "Commentaar" en u krijgt een stukje tekst dat slaat op dit vers)
1 Hij nu zei tot Zijn °leerlingen: "Het is onaannemelijk dat de valstrikken niet komen. Evenwel, wee door wie ze komen!
[Commentaar]
[Commentaar]
2 Het is voor hem voordeliger indien een steen van een molen om zijn °nek ligt en hij tot in de zee gegooid is, dan dat hij één van deze kleinen zou verstrikken.
3 Geeft acht op julliezelf! In het geval dat jouw °broeder zal zondigen, vermaan hem! En in het geval dat hij zich zou bezinnen, laat aan hem gaan!
[Commentaar]
4 En in het geval dat hij zeven keer per dag tegen jou zou zondigen en zeven maal per dag hij tot jou zou omkeren, zeggend: 'Ik bezin mij,' zal jij aan hem laten gaan."
5 En de afgevaardigden zeggen* tot de Heer: "Voeg toe aan ons geloof!"
[Commentaar]
[Commentaar]
6 De Heer nu zei: "Indien jullie geloof hebben als een zaadkorrel van mosterd en jullie ook maar tot deze zwarte moerbeiboom zeiden: 'Word ontworteld en word in de zee geplant,' zij ooit aan jullie gehoorzaamt*.
[Commentaar]
7 Wie nu vanuit jullie een slaaf heeft, ploegend of hoedend, die binnenkomt vanuit het veld, zal tot hem uitspreken: 'Kom onmiddellijk erbij en leun achterover?'
[Commentaar]
8 Maar nee, hij zal tot hem uitspreken: 'Maak voor mij iets gereed, opdat ik avondmaaltijd zou houden. En bedien mij, omgord* zijnde, totdat ik ook maar zal eten en ik zal drinken. En na deze zal jij eten en zal jij drinken.'
9 Heeft hij geen dank voor de slaaf, dat hij de dingen doet* die voorgeschreven worden? Ik meen van niet.
10 Zo ook jullie. Wanneer ook maar jullie al deze °dingen zouden doen die aan jullie voorgeschreven worden, zegt: 'Wij zijn onbruikbare slaven. Wat wij verschuldigd waren te doen* hebben wij gedaan.'"
[Commentaar]
11 En het gebeurde* bij Zijn gaan tot in . En Hij kwam doorheen het midden van en van .
12 En bij Zijn binnenkomen tot in een zeker dorp gaan* Hem tien melaatse mannen tegemoet, die van verre staan*.
[Commentaar]
13 En zij heffen* de stem op, zeggend: "! Meester! Ontferm U over ons!"
14 En het waarnemend, zei Hij tot hen: "Ga, laatm julliezelf aan de priesters zien!" En bij hun heengaan gebeurde het dat zij gereinigd* worden.
[Commentaar]
15 Eén vanuit hen, echter, waarnemend dat hij gezond gemaakt werd, keert* terug, met grote stem ° verheerlijkend.
[Commentaar]
16 En hij valt* bij Zijn voeten op zijn gezicht, Hem dankend. En hij was .
17 ° nu, antwoordend, zei: "Werden niet de tien gereinigd*? Waar dan zijn de negen?
18 Werden, terugkerend*, geen anderen gevonden om ° heerlijkheid te geven*, anders dan deze buitenlander?"
19 En Hij zei tot hem: "Opstaand*, ga, jouw °geloof heeft jou gered."
20 Nu werd een vraag gesteld door de : "Wanneer komt het koninkrijk van °?" Hij antwoordde hen en zei: "Het koninkrijk van ° komt niet met observatie.
[Commentaar]
21 Ook zullen zij niet uitspreken: 'Neem waar, hier, of neem waar, daar!' Want neem waar, het koninkrijk van ° is binnenin jullie."
[Commentaar]
22 Hij nu zei tot Zijn °leerlingen: "Dagen zullen komen wanneer begeerd zal worden één van de dagen van de Zoon van de mens waar te nemen en jullie zullen het niet zien.
[Commentaar]
23 En zij zullen tot jullie uitspreken: 'Neem waar, daar!' of 'Neem waar, hier!' Jullie zullen niet wegkomen, ook zouden jullie het niet najagen.
24 Want net zoals de bliksemflits schijnt, bliksemflitsend vanuit de kant onder de hemel tot in de kant onder de hemel, zo zal de Zoon van de mens zijn in Zijn °dag.
25 Maar eerst is het voor Hem bindend veel te lijden en om vanaf deze °generatie verworpen* te worden.
[Commentaar]
26 En zoals het gebeurde in de dagen van , zo zal het ook zijn in de dagen van de Zoon van de mens.
[Commentaar]
[Commentaar]
27 Zij aten, zij dronken, zij trouwden, zij werden uitgehuwelijkt, tot op de dag in welke tot in de ark binnenkwam en de overstroming kwam en allen ombracht*.
28 Evenzo zoals het gebeurde* in de dagen van . Zij aten, zij dronken, zij kochten, zij verkochten, zij plantten, zij bouwden.
[Commentaar]
29 Maar in de dag in welke uit kwam, regende* het vuur en zwavel vanaf de hemel en bracht* allen om.
30 Overeenkomstig dezelfde dingen zal het zijn in de dag in welke de Zoon van de mens wordt onthuld.
[Commentaar]
31 Wie in die °dag op het dakterras zal zijn en zijn °gebruiksvoorwerpen in zijn °woonhuis zijn, laat hem toch niet afdalen om ze op te pakken*, en die in het veld evenzo. Laat hem toch niet omkeren naar wat achter hem ligt.
[Commentaar]
[Commentaar]
32 Herinner je de vrouw van !
[Commentaar]
33 Wie in het geval hij zou zoeken zijn ziel te verwerven*, zal haar verliezen. Maar wie haar ook maar zou verliezen zal haar levend voortbrengen.
34 Ik zeg tot jullie: In deze °nacht zullen twee op één ligbed zijn. De één zal meegenomen worden en de ander zal achter gelaten worden.
[Commentaar]
35 Er zullen twee vrouwen zijn, malend op dezelfde plaats. De één zal meegenomen worden, maar de ander zal achter gelaten worden.'"
36 (geen vers 36)
37 En antwoordend zeggen zij tot Hem: "Waar, Heer?" Hij nu zei tot hen: "Waar ook het lichaam is, daar zullen ook de gieren bijeenvergaderd worden."
[Commentaar]
Terug naar de index.
Naar Lucas 18
|
|
