|
(Ga met de muis op een groene naam staan, dan ziet u de betekenis. Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst. Klik op "Commentaar" en u krijgt een stukje tekst dat slaat op dit vers)
1 "Laat jullie °hart toch niet verontrust worden! Gelooft in ° en gelooft ook in Mij.
2 In het woonhuis van Mijn °Vader zijn vele verblijven. Indien echter niet zei Ik het ooit tot jullie. Ik ga om plaats voor jullie gereed te maken*'.
[Commentaar]
3 En in het geval dat Ik gegaan zal zijn en Ik een plaats voor jullie gereed zou maken, kom Ik weer en zal Ik jullie meenemen naar Mijzelf, opdat waar Ik ook ben, ook jullie zullen zijn.
4 En waar Ik heen ga hebben jullie waargenomen en de weg hebben jullie waargenomen."
5 zegt tot Hem: "Heer! Wij hebben niet waargenomen waarheen U gaat. En hoe kunnen wij de weg waargenomen hebben?"
6 ° zegt tot hem: "Ik ben de Weg en de Waarheid en het Leven. Niemand komt naar de Vader toe anders dan door Mij.
-
-
7 Indien jullie Mij hadden gekend, hadden jullie ook ooit Mijn °Vader gekend. En vanaf dit moment kennen jullie Hem en hebben jullie Hem gezien."
[Commentaar]
8 ° zegt tot Hem: "Heer! Toon aan ons de Vader en het is voor ons voldoende."
9 ° zegt tot hem: "Zoveel tijd ben Ik met jullie en jullie hebben Mij niet gekend? ! Die Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien! En hoe zeg je: 'Toon aan ons de Vader'?
10 Geloof jij niet dat Ik in de Vader ben en de Vader in Mij is? De uitspraken die Ik tot jullie spreek, spreek Ik niet vanaf Mijzelf, maar de Vader, in Mij blijvend, Hij doet Zijn °werken.
11 Gelooft Mij dat Ik in de Vader ben en de Vader in Mij is. Maar indien niet, gelooft in Mij vanwege de werken zelf.
12 Amen! Amen! Ik zeg tot jullie: Die in Mij gelooft, de werken die Ik doe zal ook deze doen. En grotere dan deze zal hij doen, want Ik ga naar de Vader toe.
[Commentaar]
13 En iets wat jullie ook maar zouden verzoeken in Mijn °naam, dit zal Ik doen, opdat de Vader in de Zoon verheerlijkt zou worden.
-
14 In het geval dat jullie Mij iets zouden verzoeken in Mijn °naam, dit zal Ik doen.
[Commentaar]
15 In het geval dat jullie Mij zullen liefhebben, zullen jullie de voorschriften, de Mijne, bewaren.
16 En Ik zal de Vader vragen en een andere Erbij-geroepene zal Hij aan jullie geven, opdat deze inderdaad met jullie zal zijn tot in de aion,
[Commentaar]
17 de geest van °waarheid, die de wereld niet in ontvangst kan nemen, want ze aanschouwt hem1) niet, ook kent ze hem1) niet. Maar jullie kennen hem1), want hij1) blijft bij jullie en zal in jullie zijn.
18 Ik zal jullie niet als wezen achterlaten. Ik kom naar jullie toe.
19 Nog een klein beetje tijd en de wereld aanschouwt Mij niet meer. Jullie echter aanschouwen Mij, omdat Ik leef en jullie zullen leven.
-
20 In die °dag zullen jullie weten dat Ik in Mijn °Vader ben en jullie in Mij en Ik in jullie.
-
21 Die Mijn voorschriften heeft en ze bewaart, deze is die Mij liefheeft. Die nu Mij liefheeft zal door Mijn °Vader geliefd worden. En Ik zal hem liefhebben en Ik zal Mijzelf aan hem kenbaar maken."
-
22 (niet °) zegt tot Hem: "Heer! En wat is er gebeurd dat U op het punt staat Uzelf aan ons kenbaar te maken en niet aan de wereld?"
23 antwoordde en zei tot hem: "In het geval dat iemand Mij liefheeft zal hij Mijn °woord bewaren en Mijn °Vader zal hem liefhebben, en Wij zullen naar hem toe komen en Wij zullen bij hem verblijf maken.
24 Die Mij niet liefheeft bewaart Mijn °woorden niet. En het woord dat jullie horen is niet het Mijne, maar van de Vader, Die Mij zendt*.
25 Deze dingen heb Ik tot jullie gesproken, bij jullie blijvend.
26 De Erbij-geroepene nu, de geest, de heilige, welke de Vader in Mijn °naam zal zenden, deze zal jullie alles onderwijzen en zal jullie alles in herinnering brengen wat Ik tot jullie zei.
-
-
27 Vrede laat Ik aan jullie. Mijn °vrede geef Ik aan jullie. Niet zoals de wereld geeft geef Ik aan aan jullie. Laat jullie hart toch niet verontrust worden, laat het ook niet timide zijn.
28 Jullie horen* dat Ik tot jullie zei: 'Ik ga heen en Ik kom naar jullie toe.' Indien jullie Mij lief hadden, verheugden* jullie je ooit dat Ik naar de Vader toe ga, want de Vader is groter dan Ik.
-
[Commentaar]
29 En nu heb Ik dit tot jullie uitgesproken voordat het gebeurt, opdat, wanneer het ook maar zal gebeuren, jullie zouden geloven.
30 Niet meer vele dingen zal Ik met jullie spreken, want de overste van de wereld komt en in Mij heeft hij niets.
[Commentaar]
31 Maar opdat de wereld zal weten dat Ik de Vader liefheb, en zoals de Vader aan Mij instructie geeft*, zo doe Ik. Komt overeind! Wij zullen hier vandaan gaan."
-
[Commentaar]
1) Hem/hij. Het gaat hier over "geest". In het Grieks is geest niet een persoon (hij/zij), maar iets onzijdigs, een "het". Omdat het in het Nederlands gewoonte is geest als een "hij" aan te duiden (een gevolg van de drie-eenheidsleer), is dat ook hier met "hem"en "hij" vertaald (eigenlijk fout).
Terug naar de index.
Naar Johannes 15
|
|