|
(Ga met de muis op een groene naam staan, dan ziet u de betekenis. Ga met de muis op een tekstverwijzing staan, dan ziet u de tekst. Klik op "Commentaar" en u krijgt een stukje tekst dat slaat op dit vers)
1 En tot in een schip instappend* vaart* Hij over en kwam tot in Zijn eigen °stad.
[Commentaar]
2 En neem waar, zij brachten een verlamde naar Hem toe, neerliggend op een ligbed. En °, hun °geloof waarnemend, zei tot de verlamde: "Houd moed, kind, jouw °zonden worden losgelaten."
3 En neem waar, sommigen van de schriftgeleerden zeggen* in zichzelf: "Deze lastert!"
4 En °, hun °gevoelens waargenomen hebbend, zei: "Waarom voelen jullie van binnen boosaardige dingen in jullie °harten?
5 Want wat is makkelijker te zeggen: "Jullie °zonden worden losgelaten," of te zeggen: "Kom overeind en wandel!"
[Commentaar]
6 Opdat jullie nu zullen waarnemen dat de Zoon van de mens autoriteit heeft op °aarde zonden los te laten: (dan zegt Hij tot de verlamde) 'Overeind komend, pak jouw °ligbed op en ga heen, tot in jouw °huis!'"
7 En overeind komend kwam hij weg tot in zijn °huis.
8 De scharen nu, dit waarnemend, werden bevreesd en zij verheerlijken* de Die zulke autoriteit geeft aan de mensen.
9 En °, van daar passerend, nam een mens waar, zittende op het tolkantoor, genaamd wordend, en Hij zegt tot hem: "Volg Mij". En opstaand* volgt* hij Hem.
[Commentaar]
[Commentaar]
10 En het gebeurde dat Hij aanlag aan de tafel in het woonhuis, en neem waar, vele tol-incasseerders en zondaars kwamen en lagen samen met ° aan tafel en met Zijn °leerlingen.
11 En dit waarnemend zeiden de tot Zijn °leerlingen: "Vanwege wat eet jullie °leraar met de tol-incasseerders en zondaars?"
[Commentaar]
12 Dit nu horend*, zei Hij: "De sterken hebben geen behoefte aan de arts, maar die een kwaal hebben.
[Commentaar]
13 Maar gegaan zijnde, leert wat dit is: 'Ontferming wil Ik en geen offer'. Want Ik kwam niet om rechtvaardigen te roepen*, maar zondaars."
[Commentaar]
14 Op dat moment komen de leerlingen van tot Hem, zeggend: "Waarom vasten wij en de veel, maar Uw °leerlingen vasten niet?"
[Commentaar]
15 En ° zei tot hen: "De zonen van het bruidsvertrek1) kunnen niet rouwen zolang de bruidegom bij hen is. Maar er zullen dagen komen wanneer ook maar de bruidegom van hen weggenomen zal worden, en dán zullen zij vasten.
16 Maar niemand zet een verstellap van afgescheurde stof, niet gekrompen, op oude bovenkleding, want het vulstuk neemt iets weg vanaf de bovenkleding en de scheur wordt erger.
[Commentaar]
[Commentaar]
17 Ook werpen zij niet jonge wijn tot in oude leren zakken, anders zullen de leren zakken zeker barsten en de wijn wordt verspild en de leren zakken gaan verloren. Maar zij werpen jonge wijn tot in nieuwe leren zakken en beide worden goed bewaard."
18 Terwijl Hij deze dingen tot hen spreekt, neem waar, één overste, naar Hem toe komend, aanbad Hem, zeggend dat: "Mijn °dochter overlijdt* op dit moment, maar kom, leg Uw °hand op haar en zij zal leven!"
[Commentaar]
19 En overeind komend volgen* ° en Zijn °leerlingen hem.
20 En neem waar, een vrouw, twaalf jaren bloedvloeiend, komt van achter naar Hem toe. Zij raakt* het kwastje van Zijn °bovenkleding aan,
-
[Commentaar]
21 want zij zei in zichzelf: "In het geval dat ik alleen Zijn °bovenkleding zou aanraken zal ik gered worden."
22 ° nu, Zich omkerend en haar waarnemend, zei: "Houd moed, dochter! Jouw °geloof heeft jou gered." En de vrouw werd gered vanaf dat uur.
23 En °, komend tot in het woonhuis van de overste en de fluitspelers en de rumoer makende schare waarnemend,
24 zei: "Trekt jullie terug, want het jonge meisje stierf niet, maar zij sluimert." En zij lachten Hem uit!
25 En toen de schare werd uitgedreven, vat Hij, binnenkomend, haar °hand. En het jonge meisje kwam overeind.
26 En de faam hiervan kwam uit tot in heel dat °land.
27 En ° passeerde van daar. Twee blinden volgen* Hem, luidkeels roepend en zeggend: "Ontferm U over ons, Zoon van !"
[Commentaar]
28 En tot in het woonhuis komend, komen* de blinden tot Hem. En ° zegt tot hen: "Geloven jullie dat Ik dit kan doen*?" Zij zeggen tot Hem: "Ja, Heer!"
29 Dan raakt* Hij hun °ogen aan, zeggend: "Laat het voor jullie geworden overeenkomstig jullie °geloof!"
30 En hun °ogen werden geopend. En ° briest* tot hen: "Ziet! Laat niemand dit weten!"
31 Maar zij, uitkomend, maken Hem ruchtbaar in heel dat °land.
32 En bij hun uitkomen nu, neem waar, zij brengen* een doofstomme naar Hem toe, een door demonen gedrevene.
[Commentaar]
33 En als de demon uitgeworpen is, spreekt* de doofstomme. En de scharen verwonderen* zich, zeggend: "Nooit verscheen zoiets in °."
-
34 Maar de zeiden: "In naam van de overste van de demonen werpt hij de demonen uit."
[Commentaar]
35 En ° trok rond, alle °steden en °dorpen onderwijzende in hun °synagogen, en het van het koninkrijk proclamerend en alle ziekte en alle gebrekkigheid genezend.
-
[Commentaar]
36 Nu de scharen waarnemend, wordt Hij aangaande hen met mededogen bewogen*, omdat zij vermoeid en neergegooid waren, als schapen die geen herder hebben.
-
37 Dan zegt Hij tot Zijn °leerlingen: "De oogst is inderdaad veel, maar de werkers zijn weinigen.
38 Smeekt dan de Heer van de oogst, zodat Hij werkers zou uitdrijven tot in Zijn °oogst."
1) Bruidsvertrek - Gr. Numphoon - de kamer of de ruimte waar de bruiloft wordt gevierd.
Terug naar de index.
Naar Mattheüs 10
|
|